Toelichting door Hilde Verbeuren
“Hij was een mens zoals wij zouden willen zijn.”
Kerstmis het feest van Jezus die mens werd, maar ook het feest van onze eigen menswording. Het deed me terugdenken aan mijn eerste schooldag in het middelbaar. Aan het moment waarop onze titularis binnenstapte, naar het bord liep, en dat witte krijtje pakte en zorgvuldig in hoofdletters schreef: HUMANIORA = mensworden. “En dàt”, zegde ze, “willen we hier samen leren”.
Een mens worden wat kan dat betekenen? Kan het kerstverhaal ons inspireren ? Als we het wondermooie kerstverhaal van Lucas lezen, kijken we recht in de agenda van Jezus van Nazareth. Met wie had hij allemaal een afspraak? In ieder geval, zijn eerste rendez-vous gebeurde in een soort kraakpand, tussen armen, tweederangsburgers en de adem van de os en ezel, ofte het schorremorrie, in het Hebreeuws Sjorim we chamorim, om hem te verwarmen. En te midden van deze duistere onwaarschijnlijke setting werden liederen gezongen. Niet door één engel maar door een hele schare. Ja met zingen is de liefde begonnen. Het hoort bij het feest van het mens worden.
Er was in de agenda van de kleine Jezus toen al geen sprake meer van uitsluiting van één of andere groep. Wijsheid was niet alleen zijn privilegie . Dus het was niet vreemd dat het oosten eveneens op de afspraak was. En zoals TS. Eliot, in zijn gedicht “De reis van de drie koningen”, de drie wijzen laat zeggen, na het bezoeken van het kind : ” We keerden terug naar ons land, onze koninkrijken, maar voelden ons niet meer thuis in de oude orde, tussen mensen die hun goden omklemmen.”
Vanuit de oude orde van onrecht, onderdrukking, armoede en uitsluiting , worden wij geroepen naar het glanzende licht van de medemenselijkheid in zijn meest universele betekenis. De wijzen beginnen aan een binnenwaartse reis : ontwortelen zich aan het conventionele denken en vinden de creatieve kracht om zichzelf te veranderen. Zij zagen met eigen ogen een koning zonder gouden troon maar voelden wel de adem van het bevlogen visioen van de vrede. Dat is een krachtig statement tegen alle heersers van deze wereld. Gerechtigheid en vrede is niet te hoog gegrepen. Nee, het is te doen.
Ook al staan de standbeelden van de goden die ons verwarren en verleiden nog rondom ons. De goden van het enge nationalisme, van het wij en zij. De goden van het ongebreidelde vooruitgangsdenken, die niet omkijken naar diegene die deze trein mist. De goden van veiligheid en comfort. De goden van alles moet kunnen en de nieuwe religie van het alleen maar rusteloos terugplooien op zichzelf. En dit verhaal kunnen we net als de wijzen schrijven in grote of kleine letters. Begin er vandaag aan. En beginnen is volgens Hanna Arendt één van de grootste krachten van de mens. Zij zegt :”De mens wordt niet geboren om te sterven maar om te beginnen.” Als dit geen bevrijdende kerstwens is…
En af en toe mogen wij onszelf spiegelen in flitsen van licht. Klein en breekbaar en zonder schroom zullen wij de tijd nemen om graag te zien. De barmhartigheid vinden om niet uit elkaars genade te vallen. Weten dat wij niet denkbaar en doenbaar zijn zonder het gelaat van de ander.
Een oud Perzisch verhaaltje vertelt het als volgt: “Een koning vroeg eens aan een wijze : wat is het licht van een mens? De wijze antwoordde : de zon , want alleen dank zij de zon krijgt de mens warmte zodat hij zich kan voortbewegen . Maar als de zon is ondergegaan, wat is dan het licht van de mens, vroeg de koning.
Dan is het de maan, antwoordde de wijze man, want ook met de maan als gids kan de mens van de ene plaats naar de andere gaan. En wat als de maan ook onder is gegaan , wat is dan het licht van de mens? Het vuur is dan zijn licht , antwoordde de wijze , want daardoor krijgt hij ook warmte . Maar als de zon en de maan zijn ondergegaan en het vuur is gedoofd wat is dan het licht van de mens ? Nu antwoordde de wijze : het licht van de mens is dan de kracht die ontstaat wanneer mensen samenkomen.”
In de oudste getuigenissen van de beweging rond Jezus van Nazareth is de verantwoordelijkheid van de ene mens voor de andere, dé inhoud van mens zijn.
Geen menswaardig bestaan denkbaar als het “ik- voor- mij” niet het “ik-voor-anderen” wordt. Berthold Brecht zegt het op zijn manier: “Maar jij, wanneer het zover is gekomen dat de mens de mens een naaste is, gedenk ons met welwillendheid ”.
De mens de mens een naaste, dat is heel de bijbel op de nagel van je pink geschreven. De pasgeboren Jezus laat ons zien bij zijn allereerste afspraak wie zijn naaste is. Mogen de engelen en de herders en wijzelf hierover met vreugde blijven zingen. Dat wij opnieuw geboren worden zevenmaal en weer opnieuw. Zo moge het zijn.