5 oktober 2019: 25 jaar vleugel

Tekst voor de Vleugel 5 oktober 25 jarig bestaan:
Waar dromen jonge 30ers van?
P. C.

Goede avond allemaal,
Eerst en vooral willen ik jullie feliciteren met de 25ste verjaardag van de Vleugel en de organisatoren bedanken voor de uitnodiging om hier te komen praten over waar ik en mijn leeftijdsgenoten dromen. Geen simpele vraag. Dromen zijn per definitie vluchtig en verwarrend en vaak onrealistisch of zelfs te gek voor woorden.

 

Ik vind het dus niet eenvoudig om een helder antwoord te bedenken op de vraag ‘waar dromen jullie van’. Niet voor mij persoonlijk en al zeker niet voor heel mijn generatie! Ik heb absoluut niet de pretentie om te kunnen spreken voor heel mijn generatie, maar ik hoop dat ik toch een beetje mijn tijdsgeest kan vatten. We zullen zien.

Het grote voordeel van moeilijke vragen is dat ze vaak het begin zijn van goede gesprekken. Dat was ook hier het geval. Ik heb een aantal vrienden lastiggevallen met deze vraag – waar dromen jullie van – en dat alleen al was leerrijk en leuk om te doen. De eerste knoop die we moesten oplossen is natuurlijk de knoop van de definitie: wat bedoelen jullie juist met ‘dromen’?

Jullie verwachten toch niet dat ik kom vertellen over de dromen waarin ik voor een vol sportpaleis moet zingen, maar ik geen stem heb en mijn broek afzakt en mijn baas plots langskomen om te zeggen dat ik een DT fout heb gemaakt in mijn laatste rapport?… Ik denk dat dit niet de dromen zijn die jullie bedoelen. Ik denk en hoop, dat het hier eerder gepast is om te spreken over wat ik graag ‘grote dromen’ noem. Daarmee bedoel ik dromen die onze eigen persoonlijke ambities en angsten overstijgen: dromen over een betere wereld voor iedereen.

Voor ik daar dieper inga wil ik nog een klein omwegje maken en zeggen dat het mij deugd doet om hier vanavond aanwezig te zijn omdat de Vleugel voor mij, doorheen mijn jeugd, een vaste afspraak was. Met mijn ouders en mijn zus en broer kwamen we vele jaren regelmatig naar de Vleugel.

Ik ga er niet om liegen, als kind en jongere voelde het soms aan als een verplichting en dat was het ook. Maar het is ook geen leugen als ik zeg dat ik veel herinneringen koester aan de Vleugel: natuurlijk de leuke kinderwerking, maar nog belangrijker het breken en doorgeven van het brood in een kring, dat er hier niet altijd over de bijbel maar ook over wereldse, actuele zaken werd gesproken en het feit dat je hier zowel mannen als vrouwen en vandaag ook koppels ziet voorgaan tijdens een viering. Die dingen zag ik niet in de klassieke kerk. De Vleugel heeft me een aantal zaken getoond die me hebben gevormd in mijn denken en waarschijnlijk ook in mijn dromen.

Ten eerste heb ik in de vleugel gezien dat mensen met verschillende overtuigingen en geloofsbelevingen zich met respect voor elkaars visie kunnen verenigen, samen kunnen bezinnen en in dialoog kunnen gaan met elkaar. In tijden van polarisering waarin schrik en afgunst voor ‘de andere’ terug lijken van nooit weggeweest, vind ik dat heel waardevol. Ik zie dat veel van mijn vrienden zich snel afkeren tegen alles wat naar religie of de kerk ruikt. Mijn ervaring in de Vleugel heeft er daarentegen voor gezorgd dat ik – nochtans geen praktiserende gelovige – overtuigd ben dat geloof en spiritualiteit vandaag nog steeds een belangrijke rol te spelen hebben. Maar dan wel op voorwaarde dat we open staan voor verschillende interpretaties en vormen. Ik denk dat jullie dat begrepen hebben.

Ten tweede denk ik dat de Vleugel ook bijgedragen tot mijn verbeeldingskracht en overtuiging dat wij als mensen in verbondenheid de wereld vorm kunnen geven. In een gedichtje schreef ik ooit: “mensen, wij onderschatten onze toverkrachten, raar maar ware gewaarwording, want als wij met zijn allen iets bedachten of verzonnen en dan waar vonden kon dat plots echt zijn, waar worden”. Dat lijkt een beetje op dat liedje dat jullie zingen “ik zei wij gaan iets nieuws beginnen, het is al begonnen, merk je het niet”. Het inzicht dat een gedeeld idee, een gedeelde droom, het begin is van een nieuwe wereld vind ik heel krachtig.

Voor grote dromen heb je verbeeldingskracht en voorbeelden nodig. Zo kom ik terug bij de vraag waar wij over dromen, maar jammer genoeg nog niet bij het optimistische gedeelte. Als ik rondom mij kijk, zie ik , althans op de oppervlakte, vooral veel kleine dromen: veel individualistische en zelfs revanchistische projecten, materiële verlangens, eer en glorie voor jezelf, dromen voor één bepaalde groep en de hoop op de terugkeer naar een betere tijd uit het verleden die nooit heeft bestaan.

Het idee van een globaal verbindend project – een betere toekomst voor iedereen en al wat leeft op aarde – is vandaag niet bepaald populair. Die grote dromen zijn niet echt ‘the talk of the town’ van mijn generatie. Ik vermoed dat die universele waarden en dromen 25 jaar geleden sprankelender, wervender en minder verdacht waren dan vandaag. De wereld lijkt vandaag zo complex, zo tegenstrijdig en zo corrupt dat grote dromen snel naïef en onmogelijk lijken. Dus waarom zou je je daar op storten, er zijn al mensen met burn-out genoeg. Ondertussen worden de rijken rijker, de planeet vuiler en worden achterlijke bullebakken president. Je zou er cynisch van worden. Volgens de Amerikaanse auteur Bell Hooks is cynisme het masker voor teleurgestelde liefde: ik denk dat we onze liefde en onze teleurstelling, niet verstoppen achter een masker.

De sleutel ligt volgens mij in het vinden van een link tussen grote dromen en kleine daden, maar die sleutel is nog niet zichtbaar. Ondertussen worden we langst alle kanten aangespoord om onze energie te steken in ‘project ik’, ‘onderneming mezelf’. Kinderen van mijn tijd worden vaker gedoopt in narcisme dan in wijwater. Er is zoveel afleiding, zoveel te consumeren, zoveel idolen, zoveel voorgefabriceerde dromen en verlangens verpakt in filmpjes en advertenties. Zoveel verwachtingen, zoveel mogelijkheden en ijdele aspiraties… zoveel…dat we vaak niet genoeg rust in ons hoofd hebben om na te denken over het grote plaatje. Er passeren per dag honderden plaatjes op ons scherm.

Misschien voelen wij hier in het westen de urgente nood aan radicale verandering niet echt. Zo erg is het nu ook weer niet. Daar zie ik toch een verschil tussen mijn autochtone Vlaamse vrienden en mijn vrienden met migratieachtergrond. Vanuit hun ervaringen van achterstelling en discriminatie, maar ook vanuit ervaringen van verbondenheid met familie in minder rijke landen zie ik bij hen vak meer drang en ambitie om bij te dragen tot meer gelijkheid en rechtvaardigheid. Ironisch genoeg lijkt onze welvaart en de eindeloze resem aan mogelijkheden verlammend en individualiserend te werken. De wet van de remmende voorsprong leidt in dit geval misschien tot de vooruitgang van de achteruitgang van onze dromen.

Die nogal sombere analyse moest mij van het hart, maar eigenlijk ben ik helemaal geen pessimist. Ik zie rondom mij nog veel inspirerende dromers die met veel inlevingsvermogen en energie proberen nieuwe routes te bedenken voor de Titanic die we onze maatschappij noemen. Dat we via internet steeds meer weten over wat er in de wereld gebeurt kan verlammend werken, maar het kan ook bijdragen tot een breder bewustzijn. Als we een groter bewustzijn hebben kunnen we groter dromen. Steeds meer mensen zijn zich bewust van de impact van hun consumptie op de planeet. Er zijn steeds meer vriendschappen en liefdesrelaties tussen mensen met roots van over heel de wereld; Steeds meer mensen staan open voor andere meningen, andere culturen en andere belevingen van geloof en seksualiteit…. Allé van dat laatste ik ben er niet 100% zeker van als ik het nieuws en verkiezingen volg, maar ok we zijn we aanbeland bij het optimistisch deel dus laten we daar van uitgaan

Dus waar droom ik van? Ik kan me vergissen, maar denk dat veel van mijn dromen au fond niet veel verschillen van de grote dromen die velen van jullie ook koesteren al vanaf het begin van de Vleugel 25 jaar geleden.

Ik droom van een wereld waar succes en welvaart niet altijd in termen van geld wordt gemeten. Ik droom dat we naast de heilige gralen van efficiëntie en ‘gewoon normaal doen’ terug andere, universelere waarden vinden voor een samenleving waar er zorg en zelfontplooiing in de brede zin, naar waarde worden geschat.

Ik droom ook van een globaal bewustzijn dat verder gaat dan het economische. Een globaal bewustzijn dat verder gaat dan fruit over heel de wereld kunnen eten en overal een vliegtuig naar toe kunnen pakken. Ik droom dat de economische realiteit kan aangevuld worden met een sociaalecologisch globaal bewustzijn, een soort van wereldburgerschap waar niet alleen mensen maar ook dieren en natuur deel van uit maakt. Dat begint denk ik met volledig te beseffen waarom wij wel elk fruit kunnen eten en overal naar toe kunnen reizen en waarom anderen dat niet kunnen of zelfs niet mogen. Het begint ook bij ten volle te beseffen dat zowel succes als falen nooit volledig de verdienste of schuld zijn van individuele mensen.

Ik wil hier niet té prekerig gaan doen in een kerk, maar een globaal bewustzijn en een vernieuwde solidariteit als basis voor een betere wereld voor iedereen, kan volgens maar groeien uit het beseft dat wat wij hier normaal, standaard en zelfs ons recht vinden op het vlak van ontwikkelingskansen, materieel comfort enzovoort, een gevolg zijn van een historisch geworteld systeem van economische uitbuiting met winnaars en verliezers. Kleine dromers willen een winnaar zijn, grote dromers willen heel het idee van winnaars en verliezers omgooien.

Ik droom vandaag dat we het praktisch probleem van klimaatverandering (en gerelateerde migratiestromen) kunnen benaderen met een ethisch hoogstaande oplossing en alle mensen en bij uitbreiding alle levende wezens terug als deel van één planeet, een verhaal kunnen beschouwen. Een verhaal waar we mee verantwoordelijkheid voor moeten opnemen.

Om dat te doen moeten we dus een aantal ongemakkelijke vragen en privileges recht in de ogen durven kijken en andere mensen op een warme manier weten overtuigen om dat ook te doen. Mensen raken snel in een zelf beschermende kramp als je ze wijst op hun positie en ze vraagt om dingen anders te doen. Als je ze vraagt om plaats te maken voor anderen of om hun privileges los te laten gaan ze in de verdediging. Als mensen krampachtig vasthouden aan wat is, dan krimpen de dromen.

Een valkuil is dat we daardoor niet meer durven dromen van verandering. Je kan altijd kleine kiezels verleggen tegen de stroom in en dat kan nieuwe mensen inspireren. Het is zo belangrijk dat jonge mensen voorbeelden zien van grote dromers.

Het ergste is dat we echt allemaal geloven dat het niet anders kan ‘that there is no alternative’. Die zijn er wel. Het is echter onvermijdelijk om grote dromen te realiseren zonder dat er stofwolken van gevoelens zoals angst, schuld en machteloosheid opwaaien. Mensen ontwijken deze gevoelens het liefst, maar moeten we die in de ogen durven kijken. Dat moeten we niet alleen doen, er zijn veel andere dromers. Mensen zijn in staat tot empathie, tot vertrouwensrelaties en ja tot geloof. Die dingen moeten we blijven cultiveren en wat dat betreft ben ik ook optimistisch. Ik zie veel ondernemende jonge en oudere mensen die zich daar nog steeds hard voor inzetten.

En zo kom ik terug bij de link tussen klein handelen en groot dromen. Ik droom er van dat zoveel mensen zich niet laten remmen door ongemak, cynisme of angst om te falen of misgegrepen te worden wanneer ze kleine dingen willen doen om de wereld beter te maken voor iedereen. Je kan niet altijd bezig zijn met de wereld te redden, de wereld zit ook niet te wachten op mensen met een redderscomplex, maar alle kleine beetjes helpen. Het begint bij voelen dat het niet klopt, integriteit, en de wil om echt samen te werken.

Wat vandaag echt nodig is, is dat mensen warme en veilige plekken creëren om samen dromen, voor elkaar tezorgen en ten dienste te staan van elkaars spirituele ontwikkeling. Belangrijk is dat je die veilige ruimtes niet alleen creëert voor en door met mensen die je al kent en die exact het zelfde denken en vinden als jij. In tegendeel. In tijd van ‘twitterbubbels’ en echokamers hebben we nood aan warme, interculturele plekken waar mensen zich omdat hun verschillen in visie, geloof en achtergrond veilig voelen om hun ervaringen en aspiraties echt te delen. Niet met als doel om iedereen in te passen in reeds bestaande verwachtingen of canons, maar om op basis van gelijkwaardigheid, respect en empathie nieuwe verhalen te creëren. Ik zag daar als kind kiemen van in de Vleugel en ik droom er vandaag nog altijd van.
Want mensen, wij onderschatten onze toverkrachten, dat is een raar maar ware gewaarwording. Als wij met zijn allen iets bedachten of verzonnen en dan waar vonden. Kon dat plots echt zijn, waar worden.